Het is maandagochtend kwart voor negen en de schooldag van mijn dochters begint, online. Een duidelijke structuur dit keer met lessen van drie kwartier volgens een rooster. Tijdens de eerste lockdown hadden ze zo nu en dan les. Dat had eigenlijk vooral te maken met de bereidheid en vaardigheid van de docent. Niet elke docent vond het leuk om en had kennis genoeg van het lesgeven via de computer. Maar nu zijn alle docenten verplicht om hun lessen via de digitale snelweg te geven. En dus is er nu een (bijna) gewoon rooster met lesuren.
En soms kijk ik stiekem ook even mee. Gewoon om te zien hoe dat gaat. En ik zie duidelijke verschillen. Aan beide kanten van het beeld, overigens! Er zijn docenten die op dezelfde manier les geven als dat ze doen wanneer ze op school voor een klas staan. Door de online verbinding wordt het een soort monoloog met zo nu en dan een beurt aan één van de kinderen. Er zijn er ook die op verschillende manieren ervoor zorgen dat ze alle kinderen bij de les houden en actief laten meedoen van achter hun scherm. En die verschillen zijn ook zeker te merken bij mijn kinderen, vooral hoe ze in hun stoel zitten. Ja, het is voor iedereen een hele verandering. Maar hoe zorg je er nu als schooldirecteur voor dat alle docenten mee kunnen in deze verandering? Scholen zijn al een tijd bezig om meer te digitaliseren, maar tot nu toe was daar nooit echt de noodzaak toe. Maar nu wel. En hoe kijk je dan als schooldirecteur naar de toekomst van je personeel? Wie heeft er wat nodig?
De afgelopen jaren ben ik op regelmatige basis bezig geweest met de toekomst van organisaties in het algemeen en van personeel in het bijzonder. Strategische personeelsplanning, zoals dat met een mooi woord heet. De ene keer met meer succes dan de andere, moet ik zeggen. En eigenlijk terugkijkend, had het succes van SPP veel te maken met de urgentie in de organisatie. Die was er soms niet echt, die noodzaak. En dan was het lastig om veranderingen te bewerkstelligen. Want om te veranderen is een gevoel van urgentie nodig. Want als de nood het hoogst is…
Hoe zorg je dat je als organisatie afgestemd bent of raakt op de veranderingen die nu over ons economische land trekken? Hoe groei je in de richting van een onbekende toekomst? Valt er überhaupt wel wat te plannen als de vooruitzichten onzeker zijn? Heeft het zin om plannen te schrijven als de wereld verandert voordat de inkt droog is…
In onze optiek heeft dit wel degelijk zin. Een organisatie kan niet zonder een visie of koers. Ook als de zee onstuimig is. Door in gesprek te gaan met onze klanten leren we ons niet te focussen op de onstuimige zee, maar op het wendbare schip. De wendbaarheid als organisatie bepaalt de robuustheid richting de toekomst. En zo komen we terug op het onderwerp ‘strategische personeelsplanning’. De wendbaarheid van een organisatie ontstaat en gedijt bij de wendbaarheid van individuele medewerkers. Het wordt meer en meer duidelijk dat we in de toekomst niet meer denken in strak beschreven functies, maar in termen van rollen en bijdragen voor de toekomst. Dit vraagt anders kijken en spreken over functioneren. En zo kan steeds beter de juiste man/vrouw op de juiste plek worden neergezet en is de organisatie voldoende toekomstbestendig.
Publicatie datum: 01 February 2021